EEN GEWAARSCHUWD WERKGEVER IS ER TWEE WAARD! HANDHAVING VAN DE CORONAMAATREGELEN: SPECIFIEKE RICHTLIJNEN OP SOCIAAL VLAK

Het College van Procureurs-generaal, dat de taak heeft een coherent strafrechtelijk beleid uit te werken, geeft in haar Omzendbrief 06/2020 van 25 maart 2020 uniforme richtlijnen voor de gerechtelijke handhaving van de coronamaatregelen die zijn opgelegd door het Ministerieel Besluit van 24 maart 2020 (tot wijziging van het Ministerieel Besluit van 23 maart 2020). Er worden in de omzendbrief “specifieke richtlijnen op sociaal vlak” gegeven.

Eén van de doelstellingen van de omzendbrief is om bij te dragen tot een strikte toepassing van alle maatregelen die genomen werden om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Een gewaarschuwd werkgever is er dus twee waard!

In dit blogbericht wordt ingezoomd op de richtlijnen die van belang zijn voor werkgevers.

1. Handhaving van de maatregelen opgenomen in de ministeriële besluiten van 23 en 24 maart 2020

Een inbreuk op de verplichting voor handelszaken en winkels om te sluiten kan worden bestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot drie maanden, en met een geldboete van 208 euro tot 4000 euro (incl. opdeciemen).

In alle niet-essentiële ondernemingen is bovendien telethuiswerk verplicht in te voeren voor alle functies die zich daartoe lenen. Voor functies die zich niet lenen tot telethuiswerk, moeten ondernemingen de nodige maatregelen nemen om de naleving van regels over afstand houden te respecteren, in het bijzonder het houden van 1,5m afstand t.o.v. elke persoon (social distancing). Belangrijk is dat deze regel ook geldt voor het vervoer dat de werkgever organiseert. De niet-essentiële ondernemingen die deze maatregelen niet kunnen naleven moeten sluiten.

De bepalingen over het telethuiswerk en social distancing worden niet strafrechtelijk gesanctioneerd. Er wordt wel voorzien dat overtredingen van deze regels, door niet essentiële ondernemingen, bij een tweede inbreuk kunnen leiden tot een verplichte sluiting.

De politiediensten zijn belast met het toezicht op de naleving van deze maatregelen. Vorige week maakte de media al melding van politiediensten die werkbusjes aan de kant zetten omdat de regels met betrekking tot social distancing niet werden gerespecteerd. Bij een volgende vaststelling riskeren deze werkgevers een sluiting van de onderneming door de politiediensten.

Of de werkgever in dat geval beroep kan doen op tijdelijke werkloosheid wegens overmacht, is onduidelijk. Overmacht veronderstelt een gebeurtenis onafhankelijk van de wil van de werkgever. De sluiting op bevel van de overheid omdat de werkgever een wettelijke verplichting niet nakomt, is geen gebeurtenis, onafhankelijk van de wil van de werkgever. Maar als de werkgever kan aantonen dat door het naleven van de maatregelen opgelegd door de overheid in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus, hij de werknemers niet meer kan laten werken, dan lijkt hij aan de voorwaarden te voldoen om tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in te voeren.

2. Handhaving preventieve maatregelen op de werkvloer

De omzendbrief vermeldt ook dat de werkgevers in het kader van hun welzijnsbeleid gehouden zijn de door de regering uitgevaardigde tijdelijke maatregelen strikt toe te passen en een beleid uit te werken waarbij de aanbevelingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) worden geïmplementeerd. Het gaat onder andere om de volgende maatregelen:

  • het voorzien van propere en hygiënische werkplekken (zoals bureautafels, toetsenborden) door deze regelmatig te ontsmetten;

  • het toepassen van een goede handhygiëne door werknemers door het voorzien van handontsmettingsmiddelen op zichtbare plaatsen;

  • het voorzien van een goede respiratoire hygiëne op de werkplek door het gebruik van papieren zakdoekjes bij hoesten en niezen;

  • het informeren van werknemers dat ze zich met ziektesymptomen zoals hoest en/of koorts beter niet naar de werkplek begeven;

  • het voorzien van thuiswerk;

  • het voorzien van instructies wanneer iemand ziek wordt met een vermoeden van het hebben van het coronavirus.

Volgens de omzendbrief worden de door de regering genomen maatregelen tegen COVID-19 geïncorporeerd in de Welzijnswet.

Een werkgever die zich niet houdt aan de bepalingen van de Welzijnswet kan gestraft worden met een strafrechtelijke geldboete van € 800 tot € 8.000 of met een administratieve geldboete van € 400 tot € 4.000. Als een werknemer gezondheidsschade heeft opgelopen worden de sancties verhoogd tot een gevangenisstraf van 6 maanden tot drie jaar en een strafrechtelijke boete van € 4.800 tot € 48.000 of een administratieve geldboete van € 2.400 tot € 24.000.

De zwaardere sancties zullen ook gelden wanneer een werkgever zich niet houdt aan een door de inspectie opgelegde dwangmaatregel. Zo kan in het geval de gezondheid of veiligheid van de werknemers in het gedrang komt de inspectie de toegang tot de arbeidsplaats verbieden, de stopzetting van een activiteit opleggen of een arbeidsplaats verzegelen. Zo een dwangmaatregel kan bovendien worden opgelegd ook als is er nog geen sprake van herhaling!

De omzendbrief vermeldt expliciet dat gelet op de ernst van de coronacrisis dergelijke dwangmaatregelen meer dan anders moeten worden opgelegd bij de niet-essentiële ondernemingen.

De inspectiedienst “Toezicht op het welzijn van de werknemers op het Werk” van de FOD Werk, arbeid en sociaal overleg houdt toezicht op de naleving van de Welzijnswet. Zij kan kiezen om inbreuken administratief af te handelen of een proces verbaal op te maken bestemd voor de arbeidsauditeur. Ook de politiediensten kunnen inbreuken op de Welzijnswet vaststellen en verbaliseren.

Wanneer een proces-verbaal tegen een onderneming wordt opgesteld zal in het geval van een eerste inbreuk een minnelijke schikking van € 1.500 worden voorgesteld. Bij herhaling zal de onderneming bij voorrang worden gedagvaard voor de correctionele rechtbank.

***

Voor meer informatie over alle Corona-maatregelen die een invloed kunnen hebben op de arbeidsrelatie kan u bij ons terecht.

Joris De Keersmaeker


Het Commit-team blijft paraat (voor al uw vragen), maar werkt met gesloten deuren.

U kan ons bereiken op ons vast telefoonnummer 09/395.30.40 of op onze mobiele nummers:

  • Joris De Keersmaeker: 0498/69.17.57

  • Sabine Vanoverbeke: 0473/80.17.96

  • Pieter Sichien: 0472/80.96.28

 

Ondanks alle zorg die besteed is aan het opstellen van deze tekst, blijven vergissingen en/of onvolkomenheden mogelijk. De auteur en Commit Advocaten cvba kunnen daarvoor geen aansprakelijkheid aanvaarden.