Met de zomervakantie in aantocht brengt de wetgever goed nieuws voor jobstudenten én werkgevers: het aantal uren dat een student jaarlijks onder het gunstige studentenstatuut mag werken, werd definitief verhoogd naar 650 uur. Tot nu toe lag deze grens op 475 uur, al werd die in 2023 en 2024 tijdelijk opgetrokken tot 600 uur. Door deze wijziging kunnen jobstudenten meer uren werken, terwijl het gunstige sociale en fiscale statuut voor hen en voor werkgevers behouden blijft.
In deze blog leggen we uit wat er juist veranderd is en frissen we kort de belangrijkste regels rond studentenarbeid nog eens op.
Wat is nieuw?
De belangrijkste verandering van de wet van 10 april 2025 is de permanente verhoging van het maximum aantal uren studentenarbeid onder het gunstige statuut, van 475 uren naar 650 uren per kalenderjaar. Deze verhoging is retroactief van kracht sinds 1 januari 2025.
Concreet betekent dit dat jobstudenten vanaf 2025 tot 650 uren per jaar kunnen werken met verlaagde sociale bijdragen: zij betalen slechts een werknemersbijdrage voor de sociale zekerheid van 2,71% op hun brutoloon. Voor werkgevers is studentenarbeid ook interessant: zij betalen enkel een solidariteitsbijdrage van 5,42%. Bovendien is het loon voor deze 650 uren vrijgesteld van de inhouding van bedrijfsvoorheffing.
Om ten laste te blijven van hun ouders, mogen studenten een wettelijk vastgelegde grens aan netto jaarlijkse bestaansmiddelen niet overschrijden. Bij de berekening van dit nettobedrag telt een eerste schijf van inkomsten uit studentenarbeid niet mee. De tweede vernieuwing van deze wet van 10 april 2025 is dat de hoogte van deze eerste schijf die fiscaal wordt vrijgesteld werd verdubbeld. De inkomsten verkregen uit studentenarbeid vanaf 1 januari 2025 (aanslagjaar 2026) worden tot het wettelijke basisbedrag van €3.000 vrijgesteld (dit is het niet-geïndexeerde bedrag). Concreet gaat het om een geïndexeerd bedrag van €6.840 voor het aanslagjaar 2026.
Wat zijn de voorwaarden om onder de gunstige regeling te vallen?
Om als jobstudent te kunnen werken aan de hierboven vermelde gunstige voorwaarden, moeten enkele voorwaarden vervuld zijn:
Het ‘contingent’ van 650 uren per kalenderjaar mag niet worden overschreden.
De jobstudent moet werken op basis van een schriftelijke studentenovereenkomst. Dit is een arbeidsovereenkomst die een aantal wettelijk verplichte vermeldingen moet bevatten, zoals de begin- en einddatum, de plaats van tewerkstelling en het overeengekomen loon.
De studentenjob mag niet worden uitgevoerd tijdens de periodes van verplichte aanwezigheid in zijn onderwijsinstelling.
De Dimona-aangifte werd tijdig ingediend.
Om een studentenovereenkomst te kunnen sluiten moet de werknemer uiteraard een student zijn. Het begrip ‘student’ wordt daarbij niet gedefinieerd in de wetgeving, maar krijgt wel een ruime invulling. Het gaat om personen voor wie studeren de hoofdactiviteit is en werken slechts bijkomstig, nl. zij die les volgen in het secundair, hoger of universitair onderwijs, of zij die zich voorbereiden op een examen bij de bevoegde centrale examencommissie. Bovendien moet de student minstens 15 jaar oud zijn (of 16 jaar wanneer de eerste twee studiejaren van het middelbaar onderwijs nog niet zijn afgerond). De wet vermeldt nergens een maximumleeftijd.
Wat bij overschrijding van deze grenzen?
Vanaf het 651ste uur zijn de student en de werkgever onderworpen aan de reguliere RSZ-wetgeving. Voor de uren die een student presteert boven de 650 uren moeten dus de normale werknemers- en werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid worden betaald.
Het aantal gepresteerde uren studentenarbeid kan door de student eenvoudig worden opgevolgd via het officiële online platform Student@work. Ook de werkgever kan vragen om een attest van de beschikbare uren voor te leggen, dat de student op dit platform kan vinden.
Effect op het Groeipakket?
Let op: de overschrijding van de 650-urengrens kan ook gevolgen hebben voor het recht op het Groeipakket (de vroegere gezinsbijslag). Hieronder worden kort de principes opgelijst:
Het recht op een Groeipakket is onvoorwaardelijk voor kinderen tot en met de maand waarin ze 18 jaar worden.
Voor studenten tussen de 18 en 25 jaar oud is er recht op het Groeipakket wanneer zij als jobstudent werken zolang zij maximaal 650 uur per jaar met een studentenovereenkomst met toepassing van de solidariteitsbijdrage werken én ingeschreven zijn als student in het secundair of hoger onderwijs (of een hiermee gelijkgestelde situatie).
Of er voor een jobstudent nog recht is op het Groeipakket hangt dus af van het aantal gewerkte uren met een studentenovereenkomst. De hoogte van het loon speelt geen rol.
Bron: Wet van 10 april 2025 strekkende tot het vaststellen van de grens voor studentenarbeid op 650 uur, BS 8 mei 2025.
Marie Loncke & Sabine Vanoverbeke
Heeft u nog vragen ? Commit Advocaten helpt u graag verder.
Ondanks alle zorg die besteed is aan het opstellen van deze tekst, blijven vergissingen en/of onvolkomenheden mogelijk. De auteur en Commit Advocaten bv kunnen daarvoor geen aansprakelijkheid aanvaarden.